Tegen 2050 woont twee derde van de wereldbevolking in stedelijk gebied. Nieuwe slimme technologie moet helpen die groeiende metropolen leefbaar te houden. In ons land kunnen slimme steden het best hun krachten bundelen.
De toekomst is aan slimme steden. Maar wat is een slimme stad? Volgens een definitie van het Europees Parlement in de studie Mapping Smart Cities in the EU is het een stad die voor problemen en uitdagingen in het publieke domein ICT-gebaseerde oplossingen zoekt en dat doet op basis van partnerships met de stakeholders van de stad. Bekende domeinen zijn intelligente transportsystemen, efficiëntere gebouwen en energie ( zowel productie, opslag en distributie via slimme netwerken of smart grids). Door de verwachte bevolkingstoename en verstedelijking hebben steden eigenlijk geen andere keuze dan slim te worden als ze aantrekkelijk en leefbaar willen blijven.
Het goede nieuws is dat veel steden en hun bestuurders zich goed bewust lijken van die noodzaak. Volgens de bovenvermelde studie van het Europees Parlement verdienen 240 van de 468 steden met meer dan 100.000 inwoners in de Europese Unie het label van 'slimme stad'. Maar Simon Beswick, CEO van het internationale advocatenkantoor Osborne Clarke, wijst erop dat de drempel om tot dat clubje te behoren behoorlijk laag is: "Het volstaat een strategie te hebben of plannen te hebben voor een proefproject. Van die 468 steden heeft slechts 28 procent echt een concreet project gelanceerd. Die tweedeling vind ik verontrustend. Sommige steden staan nog nergens."
Ook de implementatie van slimme oplossingen in onze steden valt voorlopig nog tegen meent Simon Beswick: "Er is technologie beschikbaar, maar die is nog maar zelden toegepast op de beoogde schaal. Daar speelt een soort catch 22. Veel van die projecten hebben schaal nodig om rendabel te zijn. Maar om ze op grote schaal in te zetten, moeten ze eerst lokaal uitgetest worden. En dat is zelden rendabel."
Financiële drempel
In een recente studie van Osborne Clarke komt financiering naar voren als de belangrijkste hindernis voor de uitbouw van slimme steden. De verklaring ligt voor de hand. In budgettair moeilijke tijden focussen (lokale) overheden zich op de basisnoden in plaats van te investeren in innovatieve maar ook dure oplossingen.
Volgens André Bouffioux, CEO van Siemens België, moet het financiële vraagstuk opengetrokken worden. "Wat het kost, is niet de enige relevante vraag", zegt hij. "Steden moeten zich ook afvragen wat het kost als ze niets doen." Bouffioux wijst erop dat investeringen in infrastructuur "toegevoegde waarde mogelijk maken die in grote mate van industriële activiteit komt". Slimme steden zijn voor hem steden waar het aangenaam werken, wonen en ontspannen is. Die volgorde is niet onbelangrijk. "Investeringen in slimme infrastructuur moeten toelaten dat bedrijven zich ontwikkelen, dat er business kan plaatsvinden. Een autosnelweg dient ook in de eerste plaats om economische activiteit mogelijk te maken. Dat je in het weekend vlot naar de kust kunt rijden, is mooi meegenomen."